Frederique schreef zelf een boek; “Mijn boek, mijn leven op papier”.
Frederique (26) woont op woonlocatie Zuiderdreef in Bergen op Zoom. Ze heeft het daar goed naar haar zin. Frederique heeft al een hoop meegemaakt in haar leven. Om dat te verwerken heeft ze een boek geschreven. “Over de mooie dingen, maar zeker ook de minder mooie dingen.” Eind mei is de boekpresentatie.
Frederique woont sinds oktober 2022 in een groepswoning op woonlocatie Zuiderdreef. “Het wonen hier bevalt mij heel goed. Ik vind de begeleiding heel fijn. Ik ben blij met hoe ze omgaan met mijn problematiek en mij altijd bijstaan. Toen het niet goed met me ging en het zelfstandig wonen voor mij onveilig werd, is gekeken welke ondersteuning bij mij past. Samen met de cliëntadviseur hebben we besloten dat ik het beste op een groep kon wonen, waar 24 uur per dag begeleiding aanwezig is.” Frederique vertelt dat ze stemmen in haar hoofd had die ze niet de baas kon. “Mijn begeleiders hebben mij supergoed opgevangen. Zij zorgen ervoor dat ik me veilig voel.”
Bij Frederique woont ook haar hulphond Lux. Lux heeft een hele belangrijke rol gespeeld de afgelopen jaren. “Lux is mijn hulphond en voor haar en door haar ben ik doorgegaan. Ik moest voor haar zorgen. Ik kon haar niet in de steek laten.”
Operaties
Frederique heeft een aangeboren hartafwijking. In haar jonge leven volgden meerdere ziekenhuisopnames. “Vandaag de dag zijn dat er in totaal zesentwintig”, vertelt ze. Veel daarvan waren operaties aan haar hart. In 2014 gaat een van die ingrepen mis. “Er schoot een bloedpropje naar mijn voet. We hebben twee jaar lang geprobeerd om mijn been te redden, maar ik kon er niets meer mee. Laat staan erop lopen. Dat was een moeilijke tijd. In 2016 werd, nadat dit eerder al uitgesteld was, mijn rechterbeen vanaf mijn knie geamputeerd.” Verschillende trajecten en revalidaties volgden. Ze moest opnieuw leren lopen. “Het gaat nu lichamelijk gelukkig veel beter met me. Of er nog meer operaties nodig zijn aan mijn hart weten we nu nog niet, dat moet de toekomst uitwijzen. Aan mijn stomp zijn op dit moment geen operaties meer nodig.”
Hardlopen met een blade
Het atletiekbloed stroomt bij Frederique door de aderen. Haar opa was een van de mede-oprichters van de Bergse vereniging Sporten als Dagelijkse Ontspanning (SPADO). “Als je bij ons in de familie een jaar of vijf, zes oud bent, ga je naar de club”, vertelt ze. “Familietraditie.” Door haar aangeboren hartafwijking moet Frederique na een paar jaar helaas al afscheid nemen van haar hobby. Ze probeerde andere sporten die wel lukten, maar de liefde voor hardlopen, die bleef. “Ik heb na de amputatie leren hardlopen met een blade. Het gevoel dat hardlopen me geeft, het vrij kunnen bewegen dat ik al die tijd niet heb kunnen doen, is fantastisch. Ik hoop lotgenoten op de been te krijgen om met me mee te doen, zodat we samen een groepje kunnen vormen om te gaan hardlopen. Ik heb in april een informatieavond over hardlopen met een blade georganiseerd. Daar waren meer geïnteresseerden.”
Doelen en eigen regie
Frederique wil anderen helpen met haar verhaal. “Dat is een van mijn doelen en daar heb ik regie in genomen door het boek te schrijven. Ik zou ooit ook weer naar school willen om mijn diploma's te halen. En ik zou graag zelfstandig willen wonen. Volgens mijn begeleiding is dat haalbaar. Daar werken we aan.”
Frederique haar vader heeft sinds de amputatie altijd gezegd dat ze ooit samen de avondvierdaagse gaan lopen. “Dat gaan we zeker doen!”
Mijn boek, mijn leven op papier
Het schrijven van haar boek, was nodig om alles wat ze heeft meegemaakt te kunnen verwerken. “Mijn boek is eigenlijk mijn hele leven op papier. Alle mooie dingen, maar zeker ook de minder mooie dingen, waaronder mijn trauma's, operaties en hoe ik langzaam weer omhoog ben geklommen. Ik heb altijd van schrijven gehouden. Ik heb blogs bijgehouden in de tijden in het ziekenhuis en toen het erg slecht met mij ging. Daarom heb ik dit boek nu geschreven, om alles in een te hebben. Ik hoop hier in de toekomst andere mensen mee te kunnen motiveren om door te gaan in moeilijke tijden.”